De gezegende temidden van zijn broeders.

Woord vooraf

De gemeenten van de Amstelkerk en de Oude Kerk en de kerke­raadscommissies ‘Groot Zuid’ en ‘Tenach en Evangelie’ van de Hervormde Gemeente in Amsterdam vormen sinds enige tijd een samenwerkingsverband onder de naam: Centrum voor Leren en Vieren.

Uit het leerhuis werd vorig jaar in verband met de Miskotte-herdenking, in samenwerking met de theologische faculteit van de Universiteit van Amsterdam, bij Ten Have een bundel uitgegeven onder de titel Antwoord aan het nihilisme. Met Miskotte op de weg der verwachting (red. Karel Deurloo en René Venema).

Het preekteam van het Centrum is uitsluitend op de eredienst gericht. In wekelijkse vergaderingen worden vertalingen gemaakt, exegetische aantekeningen bij het bijbelgedeelte dat aan de orde is besproken en een schets gepresenteerd voor de kinderpreek en de volwassenenpreek. De orde van dienst en nieuwe liturgische teksten worden eveneens doorgenomen.

De kleine exegetische opstellen dienen mee ter ondersteuning van de wekelijkse voorbespreking met gemeenteleden.

In de herfst van 1994 was tot en met Advent gekozen voor de verhalen over Jozef in doorlopende lezing als uitgangspunt voor de prediking. Toen de exegetische schetsen meer omvang kregen dan gewoonlijk, kwam het idee op deze te bundelen. Al is iedere auteur verantwoordelijk voor zijn eigen bijdrage, het is in teamwork toch een samenhangende uitleg van Genesis 37-50 geworden.

Het verheugt ons dat daaraan een neerslag van de cursus van Marcus van Loopik in het leerhuis van het Centrum over Jozef in de rabbijnse midrasj kon worden toegevoegd. Enkele liturgi­sche teksten aan het slot getuigen van het doel van het exegetische werk: de eredienst.

Met de titel De gezegende temidden van zijn broeders belijden wij onze schatplichtigheid aan het werk van Frans Breukelman. Zijn boek Bijbelse Theologie, deel I/2 (Kampen 1992) over de theologie van het boek Genesis heeft als ondertitel: “Het eerstelingschap van Israël temidden van de volkeren op aarde als thema van het ‘boek van de verwekkingenen van Adam, de mens'”. In de lijn van de gecursiveerde woorden lazen wij Genesis 37-50 als een ‘toevoeging’ over Jozef (zijn naam betekent: de toegevoegde) bij dit hoofdthema van Genesis. We konden het echter in onze ondertitel niet bij deze ene naam laten. Onder de broeders van Jozef speelt Juda een zo belangrij­ke rol, dat Mattheüs (1:2) zelfs zegt: “Jakob verwekte Juda en zijn broeders”!

Van discussie met andere exegeten hebben we afgezien. Ook naar een uitgewerkte opvatting over de tijd van ontstaan van dit bijbelgedeelte zal men tevergeefs zoeken. Wel kan opgemerkt worden, dat we Genesis 37-50 in zijn canonisch gegeven eenheid proberen te lezen. Hier en daar schemert door dat we vermoeden dat de uiteindelijke vorm tamelijk laat tot stand is gekomen, later dan tot voor kort waarschijnlijk werd geacht.

We hopen dat dit boek in kringen, leerhuizen en vooral in preekvoorbereidingsgroepen diensten zal bewijzen. Wat het laatste betreft willen we graag onderstrepen dat de uitleg nog iets anders is dan de preek. Directe homiletische notities ontbreken, maar wie weet zal de uitleg en vooral de tekst ook voor anderen een bron van homiletische inspiratie zijn.

 

 

januari 1995

 

Karel Deurloo

Wilken Veen

 

Hieronder de door mij (Wilken Veen) geschreven hoofdstukken in dit boek.

Gratis Download (MediaFire)

 

 

Dit bericht is geplaatst in Publicaties. Bookmark de permalink.